De Gemeente
De Doopsgezinde Gemeente van Berltsum heeft haar wortels diep in de historie. Er zou al een gemeente geweest zijn vóór 1550. De Berltsumer Doopsgezinden wilden een zuivere gemeente zijn en streefden naar een radicale reformatie naar nieuw-testamentisch voorbeeld, de gelovigendoop inbegrepen.
De wereldse overheid moest ieder gezag over de kerk kwijt, gemeenten moesten zelf hun predikanten benoemen. Leken konden ook predikant zijn, een ieder was priester. De Doopsgezinden waren tegen het afleggen van de eed en tegen geweld,
bovendien wilden ze geen overheidsfuncties bekleden. Niet vreemd is dan ook dat de eerste bekende Vermaning (Buorren 61) voor ieders zicht werd weggestopt. Doopsgezinden werden immers getolereerd. Dit veranderde bij de komst van de Fransen in de 18e eeuw. De kleine gemeente gevestigd in de timmerwinkel dacht na over een eigen nieuwe Vermaning. Met behulp van ds. Van de Goot en Blaupot ten Cate kwam deze er aan de Vermaningsstrjitte 3. Een eigen pastorie op stand volgde in 1873. Woelige tijden, ups and downs, heeft de gemeente meegemaakt, maar nog steeds draagt zij haar 'steentje' bij aan de huidige samenleving.